Persarchief

Een verzameling artikelen die in de pers zijn verschenen. Mocht jij artikelen hebben of tegenkomen die niet opgenomen zijn op deze pagina, word je vriendelijk verzocht om even een mailtje te sturen. Mede door jouw hulp kunnen we deze pagina dan uitbreiden...
Sommige artikelen kunnen nog scan-foutjes bevatten. Kom je ze tegen, laat het even weten!

 

Een babbel over mensen en hun cultuur, taal, Afrika, de CD Van Mpumalanga Tot Die Kaap, Brel...

maandag 21 oktober 2002, MuzieKKrant, Guido Van Pevenage

Stef Bos voorstellen is eigenlijk overbodig. Zowel in Vlaanderen als Nederland is hij een erg gewaardeerde Nederlandstalige singer-songwriter. Stef studeerde aanvankelijk sociologie in Utrecht om daarna naar Antwerpen te trekken en er aan de Studio Herman Teirlinck kleinkunst te studeren. Zijn grote doorbraak kwam er met zijn cd Is Dit Nu Later uit 1990, gevolgd door andere uitstekende albums als Tussen De Liefde En De Leegte, Vuur, De Onderstroom, Schaduw In De Nacht... Zijn recente opname Van Mpumalanga Tot Die Kaap (HKM/Arcade Music) is een weerslag van zijn vele reizen doorheen Afrika, in het bijzonder Zuid-Afrika, en is uitgegroeid tot een schitterende plaat.
Stef Bos is een gepassioneerd verteller, die volledig achter zijn projecten staat, en dit enthousiasme en zijn gedrevenheid ook weet over te brengen naar het publiek toe.
“Deze laatste cd is mijn fotoalbum dat ik heb meegenomen, aangevuld met ontmoetingen en herinneringen. De essentie is elkaar verhalen te vertellen en op zoek te gaan”

Vanwaar je liefde voor het Afrikaanse Continent en Zuid-Afrika in het bijzonder, al was er reeds een “aanzet” op je vorige cd’s en dan vooral op De Onderstroom?
Dat is langzaam gegroeid. Sinds ’98 ben ik eigenlijk met deze cd bezig: ik had toen reeds drie liedjes geschreven, en door mijn regelmatige reizen doorheen dit continent én het samenwerken met de mensen aldaar, besloot ik de studio in te gaan en de composities op te nemen. De idee ontstond dan wel: dit komt ooit wel ergens terecht of niet; dit is mijn manier van handelen en denken. Ik werk niet zo doelgericht.

Waarom besloot je dan deze plaat uit te brengen?
Vorige zomer was ik opnieuw in Zuid-Afrika en toen kwam ik tot de vaststelling dat deze cd, Van Mpumalanga Tot Die Kaap, moest verschijnen alvorens ik een nieuw album opnam met uitsluitend Nederlandstalige liedjes. Ik heb dat toen met de artiesten met wie ik samenwerkte afgesproken; ben thuisgekomen, heb alles opnieuw gemixt en heb er tevens nog twee nummers aan toegevoegd.

Het is wel een boeiend, gevarieerd project geworden.
Ja, daar ben ik het mee eens. Het is een soort lappendeken geworden: het “gaat van het ene naar het andere”, vermits het iets zegt over zowel de zwarte als de blanke cultuur. De afgelopen drie jaar begon ik ook steeds meer en meer de taal als grammaticaal gegeven in twijfel te trekken. Als je een bepaalde taal niet kent, zoals bijvoorbeeld Zoeloe, dan voel je eerder de emotionele klank van taal, eerder dan het letterlijke, en dat wilde ik op dit album samenbrengen.

Je voelde de muziek aan “vanuit je buik”
Juist. Zo speelt op Stad Van Goud (Egoli II), dat in feite een niet-eigentijds nummer is en vrij lang uitvalt, de troubadour een verhalende rol over hoe mensen daar leven, maar op een manier die ikzelf niet kende. Je kunt direct naar de Afrikaanse cultuur toegaan met ritmes zoals op “Hosane. Deze song ligt tussen folk en eigentijdse composities, die je ook hier terugvindt, maar toch met typische Zoeloestemmingen. En dat zocht ik, namelijk een “middengebied”, dat tussen al die culturen ligt. Dit was ook de bedoeling van de cd.

Hoe ontmoet je daar mensen en artiesten. Bewust gepland of louter toevallig?
Ik kan alleen maar werken met muzikanten die ik aanvoel. Hier speelt het toeval een grote rol, ook al “stuur” je het wel. Het feit dat je mensen tegenkomt op een “kruispunt” is toeval, maar het gegeven dat je op dat moment daar aanwezig bent is geen toeval. In je leven laat je heel wat mensen “liggen” die je passeert, alhoewel ze op dat moment in je leven een belangrijke rol kunnen spelen. Maar je ziet en/of voelt het niet.

Je cd handelt in de eerste plaats over mensen met wie je samengewerkt hebt, of zie ik het verkeerd?
Neen toch niet. Het gaat hem over de mensen en dan pas over het land en de cultuur. Bepaalde liedjes had ik alléén maar samen kunnen maken met onder andere Louis Mhlanga, Faith Kekana, Amanda Strydom en Stella Khumalo.

Je aandacht gaat toch ook uit naar de bevolking en hun diverse culturen?
Dat komt er uiteraard bij, vermits je zit tegenover iemand die leeft in een totaal andere wereld. Louis Mhlanga ken ik nu reeds acht jaar. We praten samen vrijuit over de liefde, de vrouwen, kortom “het leven”. Tussen pot en pint begint hij plots een verhaal te vertellen waarvan ik aanvankelijk dacht dat het een mop was, maar het bleek heel serieus. Het ging over een oude man die in Zimbabwe de bus opstapte en het voertuig zakte meteen door zijn vering. Iedereen stapte uit de bus en het defect was meteen opgelost tot het moment dat de man opnieuw de bus instapte en het euvel zich herhaalde. De chauffeur ontdekte het probleem en vroeg aan de man om zijn zakken leeg te maken, en ontdekte in diens zakdoek een koe. De ouderling moest een verschrikkelijke keuze maken: de bus nemen of de koe achterlaten. Hij koos ten slotte voor het laatste en de bus kon vertrekken. Louis benadrukte dar dit écht gebeurd was en voegde eraan toe dat dit pure magie was.

Vreemd verhaal...
Dan kom je pas tot het besef: ginds komt hij vandaan en ik ben een soort “verlaten echo van een Renaissance kind” uit de Westerse wereld, die ook wel spiritualiteit en religie kent, maar deze waarden of begrippen zijn fel afgezwakt door onze fel gerationaliseerde wetenschap. Dat voel je ook als je samen musiceert; dit is het soort tussengebied en je zoekt samen naar een bepaalde kamer die opnieuw ingericht wordt. Alzo besefte ik pas ten volle vanwaar ik vandaan kom, ook al wil ik niemand anders worden maar alleen mezelf vinden.

Het boekje bij de cd is bijzonder mooi met knappe randteksten van jezelf. Op een bepaald moment schrijf je: “Het Afrikaans is een jonge taal die nog niet verzuurd is door taalunies en taalrechters. Ze hebben het geprobeerd tijdens de apartheid maar de taal ging zijn eigen gang”. Wat bedoel je daarmee?
Dit is heel “speels”. De ironie van de Zuid-Afrikaanse taal, die wel op het Nederlands lijkt, is, dat ze niet ontstaan is bij de blanken maar bij de kleurlingen. Zij hoorden het Nederlands en de Maleise talen van de ingevoerde slaven, zodat er een kombuistaal of een keukentaal ontstond. De koran is het eerst boek dat in het Afrikaans vertaald is, maar dan wel door de zwarte bevolking. De zes miljoen mensen die in de Kaap wonen hebben de taal levendig gehouden, ontwikkeld en nieuwe woorden uitgevonden. De blanken hebben het uiteraard ook gedaan, maar springen meer regelend met de taal om. Het Zuid-Afrikaans is nog explosief aan het groeien.

Je hebt ook gezegd: “In het begin liet ik mij overstromen door hun cultuur, daarna ontstond er een evenwicht”
De eerste keer dat ik Zuid-Afrika rondreisde wilde ik er in een hutje gaan wonen. Toen ik er opnieuw kwam ondervond ik dat een douche ook wel lekker is (lacht vrolijk). Tijdens mijn eerste bezoek zag ik enkel de mooie kanten. Nadien heb ik ook de lelijke facetten en de tegenstellingen ontdekt. Maar mijn liefde voor dit land wordt enkel groter: er is een soort liefdesrelatie maar toch geen verliefdheid.

Wat is hiervan de weerslag op je muziek?
In eerste instantie kopieerde ik hun muziek, vermits het een vreemde, exotische en wonderlijke wereld is. Het woord “wonderlijk” is het mooiste woord wat ik daar geleerd heb: dit woord is veel rijker dan “mooi”, wat wij gebruiken. Het is hetgeen mij drijft in mijn leven, iets als een “verwondering”: dat je naar iets kan kijken en aanschouwen zoals een kind dat zou doen, namelijk schoonheid. Toen ik er voor het eerst kwam, overspoelden mij al die ritmes en improvisaties, maar nadien moet je stellen “en nu ik”, wat kan ik daar tegenover stellen. Dan wordt het pas interessant.

Hetgeen resulteerde in deze cd?
Juist, voor mij is deze plaat mijn fotoalbum dat ik heb meegenomen, aangevuld met ontmoetingen en herinneringen. De essentie is elkaar verhalen vertellen en “op zoek te gaan”.

Ik vind je teksten bijzonder mooi, soms geëngageerd maar dat mag ook wel, net als op Stad Van Goud, mijn lievelingsnummer, ook al duurt het meer dan zeven minuten. Toch gaat deze song geen seconde vervelen.
Het is ook mijn favoriet lied. Het moment dat de sopraansax invalt is voor mij een hemels moment. Bij mijn vorige cd was het ook reeds te bespeuren. Het is niet alleen de tekst die het doet, al kan je er wel een sfeer mee evoqueren, maar bij momenten ook de muziek die toeslaat. Als de sax begint te spelen is het net of een heel landschap openbreekt, en dan is er het moment dat de vrouw begint te vertellen: ze reist met de trein naar Johannesburg toe en dan verder naar Ghana, gewoonweg om te overleven. Het thema van deze compositie vond ik bij vrouwen, omdat ik bij hen steeds het minste weerstand ondervonden heb. Niet dat ik zo’n vrouwenliefhebber ben; ik ben ook enorm solidair met mijn eigen geslacht, alhoewel niet zo doorgedreven als bij Brel. Maar de vrouwen zijn daar wel de economische factor, en dit in het ganse continent, terwijl de mannen een soort “vrije rol hebben” die af en toe een paar beslissingen mogen nemen in de dorpsraad. De vrouwen hebben er echter “kloten” en zijn verschrikkelijk trots.

Wie is Amanda Strydom?
Amanda was één van de beste actrices tijdens de jaren ’70 en ’80 tot ze zich begon te roeren tegen het beleid en ze drie jaar in een inrichting werd gestopt: zo werkte het systeem. Zij was onder andere diegene die door Mandela en Johannes Kerkorrel als blanke voorbeeld werd gesteld om aan te tonen dat de problemen niet alléén de zwarten aanbelangden. Kerkorrel heeft via connecties haar uit die inrichting gekregen, en daarna is ze solovoorstellingen gaan geven, waar onwaarschijnlijk mooie dingen tussen zitten. Ze brengt een soort mix van toneel en cabaret met een prachtig verhaal erin verweven. Strydom is daar écht een fenomeen.

Je hebt ook met de Afrika Mama’s gewerkt, maar niet met formaties als Ladysmith Black Mambazo...
Inderdaad, maar de reden ken ikzelf niet. Misschien was het wel gebeurd moest ik ze tegengekomen zijn en de vonk er was om samen een knap project te doen. Maar met hen is al veel gewerkt. Trouwens ik ben niet met “die instelling” naar Afrika vertrokken, zoals ik reeds zei speelde het toeval een grote rol. Koos Kombuis ken ik wel sinds jaren. De man heeft uitstekende platen gemaakt en schrijft ook romans. Vorig jaar in juni hebben we elkaar nogmaals ontmoet, en ik stelde hem voor om samen iets te schrijven. Ik wist dat dit niet mis kon gaan, vermits we elkaar perfect aanvoelen. “Als je met iemand kunt zijn, kun je ook samen zingen”.

Het lied Jij Daar In Het Donker vind ik een bijzonder knap nummer. De uitstekende a-capella groep de “Afrika Mamas” zingen in het Zulu de eerste strofen, waarna jij overneemt in het Nederlands. Dit contrast is mooi, net als de tekst die handelt over “hoop”.
Dit is weer een ander verhaal dat zich afspeelt in Rwanda. Alle vrouwen in dat land hebben te lijden gehad onder de genocide: men heeft ze eerst verkracht en daarna gedood. Een vrouw had men aan het achterhoofd bewerkt met een manchet en voor dood achtergelaten. Ze overleefde het echter, en niettegenstaande gans haar families uitgemoord was door de Hoetoes, raakte ze in verwachting en besloot het kind van de moordenaars te houden. Ze heeft het trouwens Ingabilé of Geschenk van God genoemd. Het lied Ingabilé is tevens de afsluitingstrack van de cd.
Hierdoor heb ik beseft dat ik nog veel te leren heb, namelijk kiezen voor leven en liefde, vermits, in wezen, het kind er eigenlijk niets kan aan doen.

In Zondag in Soweto stel je de essentie van de geloofsleer in vraag. Een kerk hoeft voor jou geen paleis te zijn, maar evengoed een hut. Je zingt wel “Ik geloof, ik geloof...in wat ik zie”
Tijdens deze episode van mijn leven is geloof voor mij openstaan voor verwondering van de dingen die je om je heen te zien krijgt, en dit kunnen zowel vrolijke gebeurtenissen zijn net als tragedies en pijnlijke situaties. Ik ben helemaal niet bezig met het hiernamaals maar met hetgeen ik nu zie en meemaak. In die zin heb ik het eigenlijk nooit begrepen dat mensen proberen “dingen” te verklaren. Voor mij is het belangrijker om “het” onverklaarbaar te laten. Als God zou bestaan, zou hij nooit in zichzelf geloven. Het “Geloof” is zeker niet de structuur, de hiërarchie van de “Kerk”, zoals je het correct stelt.

God zou ook iemand zijn die zichzelf constant in vraag stelt
Absoluut. Dit is een ultieme wijsheid: jezelf constant in vraag stellen. Men moet steeds “in beweging blijven”, al is dat soms niet altijd makkelijk. Soms is men wel eens moe, en wenst men te weten: “Wie ben ik eigenlijk?”

Op Van Mpumalanga Tot Die Kaap wordt nogmaals bewezen dat men verschillende culturen kan laten harmoniëren, als de goede wil maar aanwezig is. Alle tegenstellingen, zowel politieke, culturele (ook taal), als problemen qua huidskleur, vervagen. Dit alles vindt men ook terug in je begeleidend boekje.
Daarom vond ik het ook zo boeiend om het te schrijven. Ik voelde dat ik er iets moest aan toevoegen, namelijk het “open staan”. Leuk is hetgeen je zegt met betrekking tot de taal. We zijn afkomstig uit een cultuur waar taal totaal anders opgevat wordt: hoe je iets zegt is soms belangrijker dan wat je zegt. Als er achter de woorden of zinnen geen bezieling, intentie of hartstocht drijft dan is het “fokkel”, een Afrikaans woord dat aangeeft dat wat men zegt niets betekent. Op een bepaald moment voelde ik dat ook, vermits ik grootgebracht ben met slimme woordspelingen en het “spelen met de taal”, omdat als men zingt men het juiste woord op het juiste moment wenst neer te zetten. Het heeft klank nodig!

Graag, een verduidelijking
In Afrika kreeg ik een bepaald minderwaardigheidscomplex over onze cultuur en onze taal. In Soweto, met alléén zwarte mensen, zing ik gewoon in het Nederlands, en dat is geen enkel probleem, als de intentie maar juist is. Als zij in hun talen zingen begrijp ik er ook niets van, maar ik voel waarover het gaat. Toen ontdekte ik dat als je “taal zingt” en probeert de klank te pakken, je moeiteloos in het Nederlands voor de zwarte bevolking kan optreden. Het is uiteraard altijd welkom als je tekst enkele interessante zinnen bevat. Maar ook zij voelen vanuit hun onderbewustzijn, vanuit hun buik dat het lied ergens over gaat. Het zalige is dat je alles kwijt bent; hier word je voortdurend getaxeerd of alles correct is, ook politiek, niet té direct of te “rijk”. Men moet gewoonweg leren luisteren.

Dit album is wellicht het beste dat je ooit hebt uitgebracht, maar weinig commercieel
Het is misschien wel mijn beste plaat maar inderdaad geen commercieel album, wat vrij ondankbaar is voor de platenmaatschappij. Ik groei steeds dichter naar iets toe. Ik vond Zien ook een interessante cd omdat ik erin geslaagd ben enkele nummers op te nemen zoals ikzelf het wenste, hetgeen me voorheen nooit gelukt is.

Jouw engagement is groot. Je geeft duidelijk aan “Wij staan aan je kant”
Wat dat betreft ben ik wel voor de anti-globalisten, al durven heel weinig artiesten hun mening te uiten.

Totaal iets anders nu. Ik heb mijn twijfels over Paul Simon’s Gaceland-project, ook al is het een schitterend album...
Veel zwarte mensen daar ook. Simon heeft er wel veel voor gedaan maar het was van korte duur. Hetgeen ik niet correct vind, zeker als je met mensen samenwerkt in zo’n vér stadium, is dat ze niet hebben mogen mee tekenen voor de songs. Dat is de grootste geste die men kan doen. Ze hebben wel een platform gekregen, maar het geld van de cd is naar Paul Simon gegaan en niet naar hen. Dit werd wel als gierig ervaren, vermits men hun muziek geadapteerd had.

Waarom heb je aan de cd twee bonus tracks toegevoegd (Als Het Stil Is en Ingabilé), samen met Frank Boeijen?
Frank werd uitgenodigd om naar Rwanda te gaan door Memisa, een ontwikkelingshulporganisatie en er op te treden met het Barakabaho-koor. Hij vroeg mij om mee te gaan. De bedoeling was dat de opbrengst van deze liedjes in zijn totaliteit naar hen zou toevloeien. Dit is echter verdoemd moeilijk om dit te realiseren. Voor het goede doel verleent de artiest gratis zijn medewerking maar de singer-songwriter incasseert de auteursrechten, net zoals de platenfirma eraan verdient.

Wat was dan jouw bedoeling?
Iedereen moest zijn gage afstaan: de artiest(en), het label doet gratis promotie en betaalt zijn eigen mensen, maar ook de winkelier moest zijn winstmarge afstaan. We wilden eens experimenteren hoever we hierin konden gaan. We hebben het met de single Breek De Stilte, samen met Bob Savenberg ook geprobeerd. Het was een project ten voordele van autistische kinderen, waarvoor Hans Kusters, Bob en ikzelf onze auteursrechten hebben afgestaan. Maar in de realiteit gebeurt dit nooit! Voor het goede doel betekent in de realiteit 50 cent per cd; zeg nu zelf, dit is toch peanuts.

Je werkt veel samen met Frank Boeijen. Hoe is dit gegroeid?
We hebben elkaar voor het eerst ontmoet in Brugge en hebben daarna samen wat nummers geschreven. Ik trek hem een beetje in “mijn wereld”, maar de basis is hechte vriendschap: we kunnen elkaar alles zeggen.

Je bent sterk be
< Terug